Geen straffeloosheid meer voor plegers van geweld tegen vrouwen

"Met het voorstel van deze nieuwe wet staat de Europese Unie op om geweld tegen vrouwen te voorkomen, te beschermen en te vervolgen. Dit is een fundamentele verklaring over onze waarden, en laat zien dat we niet langer zullen accepteren dat vrouwen zich onveilig voelen in hun huis, op straat of op het werk", aldus Frances Fitzgerald MEP, vicevoorzitter en woordvoerder van de EVP-Fractie in de Commissie rechten van de vrouw en gendergelijkheid, en Jeroen Lenaers MEP, woordvoerder van de EVP-Fractie in de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken.

Hun opmerkingen komen aan de vooravond van het voorstel van vandaag om bepaalde misdrijven tegen vrouwen in alle EU-lidstaten op dezelfde manier strafbaar te stellen.

Het Europees Parlement dringt al jaren aan op een horizontale en verstrekkende reeks regels die alle vormen van geweld tegen vrouwen en meisjes bestrijkt en rekening houdt met het kader van het Verdrag van Istanbul. Aangezien deze richtlijn binnen de werkingssfeer van artikel 83, lid 1, van het Verdrag betreffende de werking van de EU valt, zorgt zij ervoor dat de in deze richtlijn vastgestelde misdrijven overal in de Europese Unie strafbaar zijn en volgens dezelfde normen worden bestraft. "Vandaag maken we een statement door te zeggen dat er geen toevluchtsoorden van straffeloosheid zullen zijn voor plegers van geweld tegen vrouwen in de Europese Unie", zei Fitzgerald.

"De EVP-fractie zal dit voorstel nauwkeurig bestuderen en streven naar een snelle inwerkingtreding om een urgente Europese crisis aan te pakken", vervolgde ze.

Deze richtlijn zorgt voor een minimum strafmaat in de hele Europese Unie en moedigt alle lidstaten aan om alle daden van geweld tegen vrouwen zeer serieus te nemen. "Van verkrachting tot cybergeweld, vrouwen worden in verschillende fora het slachtoffer van geweld: deze richtlijn is de eerste stap om ervoor te zorgen dat recht wordt gedaan, ongeacht in welk EU-land zij wonen. Een uniforme aanpak in de hele Europese Unie kan vrouwen deze bescherming bieden en ervoor zorgen dat elke vorm van geweld tegen vrouwen, waar dan ook in de Unie, wordt bestraft", aldus Lenaers.

"Maar onze preventie- en beschermingsmaatregelen zijn net zo cruciaal bij de uitvoering van deze richtlijn als het aspect van de vervolging", zei Fitzgerald.

"Onderwijs en voorlichting vanaf de jongste leeftijd is de enige manier waarop we deze wrede misdaden kunnen uitroeien. Wanneer een misdrijf echter toch plaatsvindt, kan steun voor het slachtoffer, onder meer door een adequate opleiding van politie en justitie op het gebied van dit soort misdrijven, enorm helpen om vrouwen in de moeilijkste momenten van hun leven bij te staan. Met name het feit dat de richtlijn betrekking heeft op alle slachtoffers van huiselijk geweld, met inbegrip van vrouwen en meisjes, en in het bijzonder rekening houdt met vrouwen in meer kwetsbare situaties, zoals vrouwen die het slachtoffer zijn van conflicten, moet worden toegejuicht. Ik ben erg blij met zo'n alomvattende en afgeronde aanpak", vervolgt Lenaers.

"Met name de sterke focus op online- en computercriminaliteit is welkom. In het verslag van het Europees Parlement over cybergeweld dat in december 2021 werd aangenomen, onder leiding van Europees Parlementslid Elisavet Vozemberg, werden verschillende belangrijke eisen geschetst die nu goed terug te vinden zijn in deze richtlijn. We zijn blij om te zien dat de Europese Commissie deze eisen heeft overgenomen", aldus Fitzgerald.

"Tot slot versterken de synergieën met andere EU-richtlijnen de kracht van dit stuk wetgeving en ik ben blij dat we nog een mechanisme hebben om geweld tegen vrouwen en meisjes aan te pakken en tegelijkertijd gendergelijkheid te bevorderen en te ondersteunen. Het is duidelijk dat de aanwezigheid van een vrouwelijke voorzitter van de Commissie en een college met een evenwichtige vertegenwoordiging van mannen en vrouwen resultaten oplevert voor de bevordering van gendergelijkheid in de hele Unie", besloot Fitzgerald.