Europa slaat weg in van milieuvriendelijke biobrandstoffen

Straatsburg, 11 september – Het Europees Parlement heeft vandaag een belangrijke bijsturing van de regelgeving voor biobrandstoffen goedgekeurd:  er komt een plafond van 6 % voor de zogenaamd conventionele biobrandstoffen (op basis van energiegewassen die op land geteeld worden zoals koolzaad en palmolie). Biobrandstoffen van de tweede generatie, die onder meer uit afval gemaakt worden en dus minder belastend zijn voor het milieu, worden gestimuleerd. Tegen 2020 moeten zij 2,5%van het totale energieverbruik in transport uitmaken.

Zoals bekend, hebben we ons in de EU ertoe verbonden om tegen 2020 10% van alle brandstof die voor transport nodig is uit hernieuwbare bronnen te halen, in de eerste plaats biobrandstoffen. Maar omdat biobrandstoffen van de eerste generatie de voedselprijzen onder druk zetten, en landen buiten de EU aanzetten tot ontginning van bossen en moerassen, dringt een herziening van het biobrandstoffenbeleid zich op.

Europarlementslid Ivo Belet, lid van de commissie energie: “Met deze grondige bijsturing slaan we definitief het pad in van de geavanceerde biobrandstoffen, die de landbouw niet belasten, de voedselprijzen niet omhoog jagen en de ontbossing tegengaan.  De tekst is niet perfect, maar wel een flinke stap vooruit. De producenten van de zogenaamde conventionele biobrandstoffen, die recent belangrijke investeringen hebben gedaan, krijgen nu tijd om over te schakelen. En met deze hervorming stimuleren we uiteraard ook het elektrisch rijden (op basis van hernieuwbare energie), wat prima is.”

Het Parlement zet tegelijk het licht op groen voor stimuli voor geavanceerde of tweedegeneratie biobrandstoffen. Sommige mogen dubbel of vierdubbel geteld worden om het streefcijfer van 10% hernieuwbare energie te halen.